De populairste kerstgebakjes: peperkoek, kaneelsterren, speculaasjes en meer
Elk jaar, vlak voor Kerstmis, lopen de kachels en ovens in de meeste huishoudens heet, want dan heet het weer "Kerstbakkerij". Zoals Rolf Zuckowski in zijn liedje bezong, zal daar menig lekkernij te vinden zijn. Het is dus weer tijd om koekjes te bakken.
In principe kun je zeggen dat elk koekje een van die gebakjes is waarvan de eredag eigenlijk vandaag is. Maar wat zijn patisserieprodukten eigenlijk?
Patisserie!
Eigenlijk is de groepering heel eenvoudig. Elk gebak dat minstens 10 procent suiker en - soms ook of - vet bevat wordt fijn gebak genoemd. Zo verschilt gebak van brood en broodjes. In dit verband zijn er, gebak, taarten, Deens gebak, stollen en beschuit behoren naast koekjes ook tot de categorie gebak.
Ook zijn er zogenaamde "lang houdbare baksels", die op een speciale manier gemaakt worden en daarna bewaard worden, zodat ze veel langer houdbaar zijn. Behalve de zojuist genoemde beschuit behoren hiertoe koekjes, bijvoorbeeld boterkoekjes, ontbijtkoek, biscuit, wafels en bitterkoekjes. Bovendien behoort het uit Oost-Duitsland bekende Russische brood ook tot de lang houdbare bakwaren en dus tot het gebak.
Naast de verkoop van deze baksels in hun afgewerkte vorm, zijn ze nu ook als bakmix verkrijgbaar in bakkerijen en winkels. Soms kun je zelfs deegstukken kopen, d.w.z. kant-en-klare bakmixen, die je alleen maar in koekjes- of koekvormpjes hoeft te doen en dan in de oven te zetten.
Kerstgebak
Passend bij het seizoen vieren hier nu een paar van de kerstvertegenwoordigers van de gebaksoorlogen hun opwachting:
- Peperkoek
Een peperkoek is een kruidig, donker gebakje waarvan de zoetheid ontstaat door kandij, honing of siroop. Meestal wordt de ontbijtkoek versierd met suikerglazuur, vruchten of noten.
- Wafeltjes
Eenvoudig gezegd is een wafeltje een heel dun en knapperig wafeltje dat uitsluitend van water, bloem en zetmeel gemaakt wordt. Soms worden er ook andere smaakdragers in verwerkt, zoals cacao of noot. Je vindt ook wafels met verschillende lagen en een romige vulling.
- Vanille halvemaankoekjes
Kleine croissants worden gevormd met een kort deeg van boter, bloem, suiker en amandelen. Na het bakken wordt er vanillesuiker aan toegevoegd, die verrijkt is met een beetje vanillepulp. Dit geeft de vanille croissants hun speciale aroma. Je kunt in je eigen kerstbakkerij ook met vanillesuiker in het deeg werken.
- Gekruide koekjes
De gekruide koekjes zijn ook van kort deeg gemaakt. Behalve de standaard ingrediënten zijn ze voorzien van specerijen als kardemom, kaneel en kruidnagel. De zoete smaak komt van een melasse, die soms ook een fijne karameltoets meebrengt.
- Kaneelsterren
In tegenstelling tot de andere, niettemin nogal melige vertegenwoordigers van het kerstgebak, valt de kaneelster op door zijn luchtige deegmengsel. Hiervoor worden geklopte eiwitten, suiker, kaneel en amandelen gemengd met slechts een beetje bloem, hooguit 10 procent. De bovenkant van de kaneelster wordt versierd met een glazuur van eiwit, dat echter alleen stolt en geen kleur aanneemt door de korte baktijd.
- Kokosmakronen
Nog minder bloem zit er in de makronen, waarvan de ingrediënten beperkt zijn tot suiker, kokosvlokken en eiwit. De bereiding van deze koekjes is echter een van de ingewikkeldste door het voorafgaande roosteren van het deeg.
- Stollen
De Christstollen is waarschijnlijk een van de bekendste Duitse stollen. De Dresden Stollen heeft eigenlijk een naam voor zichzelf gemaakt. Een Stollen is een gistdeeg dat gemengd kan worden met rozijnen, noten en pistachenoten. Je vindt stollen ook in de vorm van marsepein, boter-, amandel-, noten- en kwarkstollen.
Een kerstige lekkere trek! Maar consumeer voorzichtig, de productie van de koekjes duurt veel langer dan de consumptie.